Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AU5686

Datum uitspraak2005-10-27
Datum gepubliceerd2005-11-07
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummers278200 / CV EXPL 05-3739
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton


Indicatie

Eigen bijdrage ingevolge de wet op de rechtsbijstand behoeft niet te worden betaald omdat rechtshulpverlener de cliënt daarover vooraf onjuiste, althans onvoldoende informatie had verstrekt.


Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM Sector kanton Locatie Zaandam zaak/rolnr.: 278200 / CV EXPL 05-3739 datum uitspraak: 27 oktober 2005 VONNIS VAN DE KANTONRECHTER inzake Stichting Bureau voor Rechtshulp in het arrondissement Haarlem te Haarlem, eisende partij, hierna te noemen Bureau voor Rechtshulp, gemachtigde deurwaarder W.Th. Schoonebeek, tegen [gedaagde] te [woonplaats + adres], gedaagde partij, hierna te noemen [gedaagde], gemachtigde geen (procedeert in persoon). De procedure Bureau voor Rechtshulp heeft op gronden zoals in de dagvaarding vermeld een vordering ingesteld tegen [gedaagde]. Hierop heeft [gedaagde] geantwoord. Vervolgens is schriftelijk voort geprocedeerd. Tenslotte is de uitspraak op vandaag bepaald. De inhoud van alle processtukken, waaronder begrepen de mogelijk door partijen overgelegde producties, wordt als hier overgenomen beschouwd. De vordering Bureau voor Rechtshulp vordert dat de kantonrechter, bij vonnis uitvoer-baar bij voorraad, [gedaagde] zal veroordelen aan Bureau voor Rechtshulp te betalen de somma van € 683,50 met (verdere) rente en kos-ten. Het verweer Het verweer strekt tot gehele of gedeeltelijke afwijzing van de vordering. De feiten In deze procedure zijn de volgende feiten voldoende komen vast te staan omdat deze niet, dan wel onvoldoende gemotiveerd betwist zijn gebleven. 1. Door Bureau voor Rechtshulp is aan [gedaagde] rechtsbijstand verleend in een arbeidsconflict op basis van een toevoeging ingevolge de Wet op de rechtsbijstand. 2. De eigen bijdrage ingevolge genoemde wet is vastgesteld op € 761,--. Daarvan is € 213,50 voldaan. [gedaagde] heeft ondanks herhaalde aanmaningen geweigerd het restant ad € 547,50 te betalen. De beoordeling van het geschil De hoogte van de hiervoor bedoeld eigen bijdrage staat in deze zaak terecht niet (langer) ter discussie. Bij de vaststelling daarvan is uitgegaan van de juiste gegevens. Dat betekent echter niet dat [gedaagde] deze eigen bijdrage daarom ook geheel aan Bureau voor Rechtshulp verschuldigd is geworden. Onvoldoende aannemelijk is immers geworden dat [gedaagde] door Bureau voor Rechtshulp tijdig en volledig is voorgelicht over de hoogte van deze eigen bijdrage. Dat hem daarvan bij het intake-gesprek een lijstje is meegegeven is betwist en niet bewezen, noch voldoende concreet te bewijzen aangeboden. Het ligt veel meer voor de hand dat daarover bij het intakegesprek wel is gesproken, maar dat [gedaagde] toen per vergissing een veel lager bedrag, te weten € 200,-- is voorgehouden, zoals geopperd in de brief van Bureau voor Rechtshulp aan [gedaagde] van 5 juli 2004, die als productie III bij de dagvaarding is overgelegd. Onder deze omstandigheden mag niet van [gedaagde] worden gevergd dat hij méér betaalt dan de reeds betaalde € 213,50, hetgeen leidt tot afwijzing van de vordering. Omtrent de proceskosten moet worden beslist zoals hierna bepaald. Beslissing De vordering wordt afgewezen. Bureau voor Rechtshulp wordt veroordeeld in de kosten van deze procedure, deze voor zover gerezen aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op € 50,--. Dit vonnis is gewezen door mr. F.M.Visser, kantonrechter, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 27 oktober 2005, in tegenwoordigheid van de griffier.